Door: Erik van Putten
67 jaar lang was hij onmisbaar en standvastig binnen de woelige en zich voortdurend ontwikkelende automobielindustrie: de Land Rover Defender. Hij werd een belangrijk beeldbepaler voor de Engelse auto-industrie èn voor de off-road wereld. Het behoeft geen uitleg dat de veelzijdigheid in het terrein altijd een sterk punt was van de auto, die bij zijn introductie in 1948 volgens de makers de verbeterde versie van oorlogsheld Willys Jeep werd genoemd. De doorontwikkelde techniek werd gehuld in een vierkante koets die zijn aspiraties op het gebied van arbeidsethos duidelijk maakte. De grondlijnen werden in het zand getekend en daarmee werd duidelijk gemaakt waar de nooit vermoede decennia lange toekomst lag voor deze auto: vooral op onverhard grondgebied.
Stormbestendig leven
De constructeurs van de Land Rover hadden nooit kunnen bevroeden dat hij zo lang mee zou gaan. De Land Rover overleefde op wonderbaarlijke wijze stormen met orkaankracht, onder meer gevoed door verschijnselen als kwaliteitsmalheur, roest, lekkage, weinig verfijnde rij-eigenschappen, spartaanse ergonomie en de oer-Britse theorie die haar grond kende in de motivatie dat succes geen grootschalige innovatie behoefde.
Zwaar weer
Die laatste gedachte zette de houdbaarheid ernstig onder druk. De grote lokale en internationale politieke instanties zagen namelijk in dat Toyota- en later Mercedes-Benz- tot op de dag van vandaag de betere alternatieven ontwikkelden, terwijl de Land Rover maar mondjesmaat werd aangepast, zonder dat de haast martelende eigenschappen naar de achtergrond verdwenen. Wèl werd in eigen huis de Range Rover in 1970 gelanceerd als luxe-alternatief op het moment dat de eerste Landies al 22-jaar oud waren. Maar binnen het terreinsegment der werkenden zag de fabrikant lijdzaam toe dat binnen verschillende continenten veel marktaandeel van de Land Rover verdween doordat de lokale en internationale politiek betrokkenen massaal overstapten op de Landcruisers en-vanaf het eind van de jaren zeventig- de Geländewagens van deze wereld. Het plaatste de wereld voor de off-roadtak van de Rover-fabrieken in een zorgelijk perspectief. Land Rover verwerd tot een geuzennaam voor terreinauto’s terwijl de nieuwkomers uit Japan en Duitsland een groeiend marktaandeel begroetten. Het gebeurde allemaal in de periode dat Groot—Brittannië geplaagd werd door stakingen als gevolg van totaal verstoorde arbeidsverhoudingen. Het gebrek aan erkenning voor het vakmanschap op de werkvloer vormde daarin de belangrijke schakel.
De stap naar overleving
Toch werd juist in díe periode een belangrijkste stap gezet. Land Rover werd een aparte werkmaatschappij binnen het zieltogende en afbrokkelende British Leyland. Het gebeurde in een periode dat de oer Land Rover bovendien in een ander daglicht kwam te staan. Vanaf de jaren tachtig transformeerde de fabrikant het toen al stokoude concept van werkpaard tot semiluxe-paard. Een cult-auto, niet te beroerd om de handen uit de mouwen te steken als het er op aan kwam en de verbinding te leggen tussen adventure, luxe en arbeidsethiek. En nog belangrijker: hij werd vaandeldrager van het merk dat door de fabrikant zorgvuldig werd uitgebouwd en in diverse gedaanten de wereld van luxe en rijkdom werd ingereden.
Wegbereider voor luxe broers
Het succes van de Range Rovers en Discoveries kende een belangrijke basis. De fabrikant hield de Defender in ere, alsof zij bewust was van het feit dat het inmiddels ijzersterke imago van het oorspronkelijke landbouwvoertuig de rode loper was waarop de Disco’s en Rangers werkten aan hun groeiende glorie. De oer-Land Rover heeft anno 2015 haar taak volbracht. Mag met een welverdiend pensioen. Krijgt geen nieuwe techniek van de fabrikant, die liever in de toekomst investeert dan in het verleden. Krijgt van diezelfde fabrikant- evenals van fans en journalisten- een waardig afscheid. Een eerbetoon dat hij ten volle verdient. Omdat een productieperiode van 67 jaar voor een auto bijna gelijk staat aan onsterfelijkheid. Onsterfelijkheid die bij de Defender hand in hand ging met een levenslang vertoon van kwalitatieve eigenaardigheden. Het maakt het afscheid waardig. Maar ook een tikje triest. Want uiteindelijk willen we allemaal geloven in het wonder der onsterfelijkheid. En dat kan zelfs de Defender ons niet bieden. Hij fluistert ons nu de voelbare melancholie in dat één van de laatst nieuw leverbare klassiekers straks definitief zijn in het zand getekende plekje in de geschiedenisboeken krijgt. En niets voor eeuwig is.