Delen via sociale media

Een ochtend met een Fiat 500 in Italie

Gepost 30/09/2012

Een van de mooiste zomers uit mijn leven is die van 1991 geweest. Na het eerste, qua prestaties weggegooide HBO jaar (want voor het eerst op kamers), besloot ik om al in het voorjaar de bronnen van bijverdiensten aan te gaan spreken en mij daarin nuttig te maken. Ik wilde een goede zomer doormaken om het leven op kamers voort te zetten. Daarbij wilde ik de kans om in die setting verder te studeren niet laten lopen. Het korte termijn doel heette vervolgens propadeuse. Daar had ik een jaar voor.

In die zomer vormde de vakantie in het Italiaanse Riccione het hoogtepunt. Met drie vrienden ging ik daar naar toe. Door deze vakantie ontstond een geweldige flow, waar ik lang heb ingezeten. Alles lukte, iedere opmerking viel goed, we troffen een geweldige groep mensen, ik ontmoette Gabriela De Prachtige Liefde Voor De Nacht Slash De Mooiste Vakantieliefde Ooit, links en rechts snoof ik Italiaanse cultuur en natuur op, en door al die gebeurtenissen stroomden er ladingen energie bij mij naar binnen. Die vakantie in Italië vormde een continue aaneenschakeling van mooie ervaringen.  

Ook niet onbelangrijk in die periode: mijn niet aflatende historische liefde voor de producten van de Fabricca Italiana Automobili Torino werd in de Laars verder gevoed. In die tijd reden er in het land van herkomst namelijk nog veel oude Fiats rond. Het complete gezelschap vakantievrienden verhield zich heel homogeen tot elkaar. De meesten werden echter moedeloos als ze onderweg naar een leuk plekje weer eens compleet ongevraagd door mij werden bijgepraat over die klokgave Fiat 128, die daar verderop geparkeerd stond. “Moet je kijken man, eentje van de eerste generatie met honingraatjesgrille, helemaal origineel. Geen spoor roest`. En dan vertelde ik er ook nog even bij waarom het de allereerste uitvoering betrof. Zo ging dat bij meerdere oudere afgezanten van de Fiat familie. Bij ieder exemplaar moesten de kenmerken even benoemd worden. Die Fiat-liefde vormde overigens het enige hiaat in de contacten met anderen in Riccione. Ik kon die haar niet overbrengen op de Anderen.

Halverwege de vakantie kon ik het niet laten. Het was opnieuw prachtig weer. Ik wilde even alleen op pad. Ik besloot in alle vroegte naar een particuliere verhuurder van Fiat 500-tjes te gaan. Toen de Italiaanse verhuurder mij ontwaarde met mijn 1 meter 95 reageerde hij hulpeloos. "No, no, i don’t have bigger cars." Drie minuten later was de 500 met open dak gehuurd. Snorrend reed ik de heuvels en bergen in, stopte voor twee cappucinootjes en pikte nog een stukje Autostrada mee. Daar haalde ik de maximale top van 90 km/h. Verder parkeerde ik de Fiat een paar keer naast een kleine binnenweg om van een mooi uitzicht te genieten, en beleefde steeds opnieuw een geweldige kick als ik weer wegreed met dat dakje open waar de gemoedelijke geluiden van de pruttelende luchtgekoelde tweecilinder door naar binnen kwamen. De witte Fiat 500 F uit 1968 bezorgde mij ondanks het Spartaanse karakter een van de allermooiste rijervaringen ooit. De vrijheid, het “op deze manier komen we ook van A naar B”, de ook in bakermat Italië nog altijd aanwezige sympathie voor het rugzakje en de puurheid van de auto in zijn prachtige natuurlijke habitat waren hiervoor verantwoordelijk.

Nadat ik na deze figuurlijk gesproken onbetaalbare ervaring de Fiat bij zijn rechtmatige eigenaar had afgeleverd mocht ik te voet weer naar onze verblijfsplaats. Aangezien ik van half negen tot half drie met de auto -die Italië definitief mobiel maakte- had getoerd, waren mijn net ontwaakte kameraden in dit pré mobiele telefoon tijdperk toch enigszins verbaasd toen ze een opgetogen ondergetekende weer in het vizier kregen. Op de vraag wat ik had gedaan kon ik maar één antwoord geven. Ik zei dat ik zojuist met een Fiat 500 een van de leukste ritten uit mijn leven had beleefd. Vertwijfelde blikken waren mijn deel. Overigens besloot ik om dit keer niet in te gaan op de techniek van de gehuurde rugzak. 

In mei 1992 behaalde ik na een jaar keihard werken mijn propedeuse. Dankzij die mooie flow. Maar ook dankzij wijlen Klaas de Vries, docent aan de NHL in Leeuwarden. Hij compenseerde het aanvankelijke tekort van 0,2 punten om het jaar succesvol af te ronden. Daardoor kon ik weer drie jaar later een prachtige studententijd afronden met een diploma.


Dit artikel werd door Erik van Putten in september 2012 ook geplaatst binnen de myweblog-sectie van www.Autoweek.nl

UA-39509209-1